Herberg Het Wapen van Rhoon - Dorpsdijk

Een herberg speelde in vroeger tijden in het dagelijks leven een belangrijke rol. De reiziger kon er overnachten, de openbare verkopingen werden er gehouden en vaak was het de halteplaats voor de postkoets. In bijna alle dorpen was er wel zo’n herberg, in Poortugaal had je Het Wapen van Poortugaal en Albrandswaard, er was een Wapen van 's-Gravenambacht, enz.

Wij kennen allen het Huis te Pendrecht als Het Wapen van Rhoon, maar dit werd eerst rond 1818 herberg, de eerste herberg Het Wapen van Rhoon stond schuin tegenover het Huis te Pendrecht en werd later bekend als het Hogehuis waar de familie De Lange een manufacturenwinkel had.

De eerst bekende herbergier in Het Wapen van Rhoon, waar ook een kolfbaan bij was,  is in 1553 Jan Lenertsz. Coman. Hij is één van de 12 huiseigenaren die in de belasting werden aangeslagen, tweede in grootte, het werd direct na de woning van de Van Duijvelands genoemd.

Pieter van Duijveland, heer van Rhoon en Pendrecht, komen we vervolgens tegen als eigenaar en verpachter  van de herberg Het Wapen van Rhoon.

Op 1 juni 1643 geeft de heer van Rhoon consent aan Adriaentje Bastiaansdr. Casteleijn, weduwe van Jan Willems de Bel, tot het houden van herberg met wijn en bier.

In 1666 is Bartel Hep hier herbergier, hij legt 2 augustus 1666 op verzoek van jonckheer Pieter van Rooden, een verklaring af over een controverse tussen Pieter van Rooden en Hubert de Jong, waarbij de laatste dreigde Pieter van Rooden “door de kop te schieten“.

Leendert Bastiaen de Wercker, Jan Roobol en Pieter van der Houck verklaren in 1666 dat zij 1½ jaar geleden op de gemeenelantsrekeninge zijn geweest en hebben gezien dat de heren vriendschappelijk de maaltijd gebruikt hebben.

Op 29 juli 1666 legt Jan Roobol op verzoek van jonckheer Pieter van Rooden een verklaring af over een ruzie in het huis van Maria Robbert tussen Pieter van Rooden en Jan Roobol. Pieter van Rooden was in beschonken toestand.

Op 10 november 1683 wordt door mr. Nicolaas Geltzack, als gemachtigde van de Hove van Holland op 20 november 1682 voor de boedel van Pieter van Duijveland van Rooden, in zijn leven heer van Rhoon en Pendrecht, verkocht aan Jan Pietersz. Berckel huijs, schuijr en erve genaamt het ”Wapen van Rhoon“.

Belent oost het erfpacht boomgaartje van Jan Pietersz. Berckel van de Hoog Edele Heer van Rhoon, zuid Cornelis Bijlevelt, west de Dorpsdijk, noord Jan Pietersz. Berckel zijn huijs, met een schuldbekentenis van 450 carolus gulden.

Jan Pietersz. Berckel is bakker en getrouwd met Maartje Jansdr. Bijlevelt. Hij bewoonde het huis naast de herberg. Op 7 oktober 1713 verkoopt hij zijn huis annex bakkerij aan Ary Jansz. van Gelder.

Zoon Pieter Jansz. Berckel volgt zijn vader op als logementhouder. Hij geeft zich 9 januari 1705 aan om te trouwen met Anna Maria Groenendijk. Op 10 maart 1714 heeft Pieter Jansz. Berckel, hospes en herbergier in ’t Wapen van Rhoon,  een schuldbekentenis van 900 gulden aan Hugo van Gaal te Warmond. 

Op 11 maart 1728  verkoopt Pieter Tettero aan Jan van de Wetering “seecker huijs ende erve met de erfpacht boomgaard daaraan gelegen, staande en gelegen binnen de dorpe van Rhoon, daar het Wapen van Rhoon uijthangt, ende de tapnering lange jaren is gedaan" voor

ƒ 1.350,--.

Jan Gerritsz. van de Wetering is geboren ca.1688 in ’s-Gravenzande, hij trouwt op 5 mei 1715 in ’s-Gravenzande met Gijsbertje Vreem, geboren ca. 1690.

Jan van de Wetering komt reeds 1 november 1716 met zijn huisvrouw Gijsbertje Vreem met attestatie van ’s-Gravenzande naar Rhoon. Het overlijden van Jan van de Wetering wordt aangegeven op 2 september 1754 in Rhoon.

Kennelijk is de uitbating van de herberg geen succes want op 17 januari 1756 is de boedel van Gijsje Vreem, weduwe van Jan van de Wetering, insolvent. Geveild wordt dan: "Een hegt sterk wel doortimmerde herberg genaamd het Wapen van Rhoon, huijs, stallinge, kolfbaan, erve, thuijn en boomgaart. Belent ten oosten de gemeenlandse watering, noord Jacob Staase van Gelder en Dirk van Beek, ten westen de Dorpsdijk en ten suijden Arij Staase van Gelder. Koper wordt Bastiaan Niemansverdriet voor 525 gulden.

Bastiaan Niemansverdriet, gedoopt 18 augustus 1726 te Rhoon, zoon van Willem Bastiaansz. Niemansverdriet en Arijaantje Herberts, trouwt 23 mei 1756 te Poortugaal met Jacomijntje Ariensdr. van der Schee. Na haar overlijden hertrouwt hij 12 oktober 1781 te Rhoon met Cornelia Pietersdr. den Otter.

Op 31 oktober 1778 verkoopt hij aan Joost Pickhart "de herberg het Wapen van Rhoon, huijs, schuur, erve en boomgaard. Belent ten oosten de gemeenlandsewatering, zuid Louwrens van der Vlugt, west de Dorpsstraat", voor 50 gulden contant en een hypotheek van 500 gulden.

Joost Pickhart, getrouwd ca. 1758 met Ariaantje Braal, komt op 19 oktober 1778 van Sint Annaland naar Rhoon. Joost Pickhart is naast herbergier ook meester drooger in de meestoof De Hoop. Deze meestoof stond op de hoek Tijsjesdijk, Dorpsdijk en Essendijk.

Adriaantje Braal, weduwe, wordt 16  februari 1803 in Charlois begraven.

8 mei 1790 wordt door Jacobus Tromer, curator in de insolvente boedel van Joost Pickhart en Ariaantje Marinusse Braal, getransporteerd aan Arij Lengkeek, chirurgijn, "de herberg het Wapen van Rhoon, huis, schuur en erve en boomgaard. Belent oost de gemeenlandsewetering, zuid Jan Bastiaans van Gelder, west de Dorpsstraat, noord Bastiaan van Gelder en de erve Dirk van Beek", voor ƒ 1.080,--.

Arij Lengkeek is gedoopt 25 december 1750 te IJsselmonde, zoon van Bernardus Lengkeek en Ingetje Boles. Hij komt 19 april 1776 van IJsselmonde naar Rhoon. Arij Lengkeek trouwt te Rhoon op 5 oktober 1777 met Ariaantje Braat, gedoopt 28 augustus 1748 te Poortugaal.

Vervolgens komen we burgemeester Matheus Marinus Schepman tegen als eigenaar van Het Wapen van Rhoon. Uitbater van de herberg is in 1815 Adrianus de Raadt, hij was eerst bouwman op de ouderlijke hoeve aan de Kleidijk. Hij is 24 juni 1812 in Rhoon getrouwd als weduwnaar van Pietertje Hordijk, met Hendrica Catharina Gielen, geboren 23 februari 1793 in Rhoon, dochter van Jan Gielen en Aaltje Jochem. Adrianus de Raadt is herbergier tot omstreeks 1818. Hij is de laatste herbergier in de oude herberg, in 1819 is hij bij het huwelijk van zijn dochter uitlandig (in het buitenland).

Op 2 november 1846 is er scheiding en verdeling van de nagelaten goederen van Matheus Marinus Schepman. Eigenaar van het voormalige Wapen van Rhoon worden de kinderen Anthony Marinus Hendrik, Ada Camilla en Theodora Johanna Schepman.

Op 24 augustus 1847 verkoopt Ada Camilla Schepman, huisvrouw van Pieter Jillis de Vos, 1e luitenant in het Oost-Indisch leger, aan Anthony Marinus Hendrik Schepman het onverdeelde 1/3 deel in huis, schuur, tuin, boomgaard en koetshuis aan de Dorpsstraat.

Anthony Marinus Hendrik Schepman is 30 december 1809 te Piershil geboren, burgemeester van Rhoon, overleden te Rhoon 18 november 1882. Hij trouwt 29 mei 1840 in Amsterdam met Ada Gerarda Wassenbergh, geboren 18 maart 1819 te Amsterdam, dochter van Abraham Wassenbergh en Margaretha Catharina van Harlingen, overleden in Rhoon 9 juli 1893.

Erfgenamen zijn de kinderen, Teunis Anthony Donkersloot, geneesheer, gehuwd met Hendrika Elisabeth Schepman, Matheus Marinus Schepman, rentmeester, Margaretha Catharina Schepman, Abrahamina Alida Schepman, Ada Gerarda Schepman en Johan Frederik Lodewijk Schröder. In 1908 wordt het koetshuis gesloopt.

Matheus Marinus Schepman, rentmeester van Rhoon, geboren 17 augustus 1847 in Rhoon, trouwt 23 mei 1877 te Rhoon met Agatha Engelina Johanna van der Hoeven, geboren 5 april 1854 te Rhoon, dochter van Pieter Abraham van der Hoeven, predikant te Rhoon, en Fermina de Goeijen. Hij trouwt 2e te Amsterdam 16 mei 1889 met Anna Maria Margaretha Barger, geboren te Utrecht 26 december 1861, overleden in Zeist op 30 augustus 1930, dochter van Ds. Gerrit Barger en Gerardina Frederika Levert.

Op 18 mei 1910 is er een openbare verkoop van huis, koetshuis en erf. Koper wordt Aart Schaberg voor ƒ 2.490,--. Vervolgens wordt eigenaar een zekere Verkade uit Rotterdam.

Margaretha Catharina Schepman, dochter van Anthony Marinus Schepman en Ada Gerarda Wassenbergh, komt uit Voorburg naar Rhoon, zij is de laatste van de familie Schepman die  het huis bewoont, zij overlijdt op 28 april 1932, oud zijnde 87 jaren.

In 1925 huurt Aalbert de Lange het pand en begint er een manufacturenwinkel. Aalbert de Lange is geboren in 1891 in Bergambacht, zoon van Adrianus de Lange en Cornelia Molenaar. Aalbert de Lange trouwt 6 maart 1915 in Krimpen aan den IJssel met Paulina van der Schans, diensbode bij Dominee van Walsum. Zij is geboren in 1891 in Krimpen aan den IJssel, dochter van Karel van der Schans en Maria van Breningen. In 1953 wordt de manufacturenhandel beëindigd. Het huis werd  bewoond door 4 huisgezinnen, o.a. zoon Karel de Lange, manufacturier.

De laatste eigenaren zijn de aannemers Jan en Chiel Louter, zij gebruiken het oude pand als opslag voor hun materialen. In 1978 wordt de oude herberg gesloopt in verband met voorgenomen woningbouw. 

Arie Beukelman, voorzitter.